Huub Pragt neemt u mee naar het jaar 1000 v.Chr., de periode die bekend staat als de 21ste dynastie. In het zuiden van Egypte hebben de Hogepriesters van Amon de macht in handen. Zij voelen zich zo sterk dat ze zichzelf tot farao uitroepen, terwijl er in het noorden van land al een koning regeert. Mencheperra, de Hogepriester van Amon, was zo’n koning in het zuiden. Tijdens zijn regeringsperiode nam hij een even ambitieus als geheim project over van zijn vader, koning Pinodjem. Om grafrovers in het Dal der Koningen voor te zijn, werden de mummies van de farao’s uit hun graven gehaald. Het goud en zilver werd van de mummies verwijderd. Daarna werden de koningsmummies opnieuw in linnen gewikkeld en veilig gesteld in geheime cachetten. Van deze uit de rotsen uitgehakte bergruimtes kende vrijwel niemand de ligging. De kostbare grafvoorwerpen werden hergebruikt voor de begrafenis van de koningen uit de 21ste dynastie. Een gedeelte van de goudschatten is teruggevonden in het graf van de broer van Mencheperra, die gelijktijdig in het noorden regeerde. Mencheperra zal als koning van het zuiden zichzelf niet zijn vergeten. Ergens in de Thebaanse heuvels, op de westoever van het huidige Loeksor, ligt zijn ongeschonden koningsgraf op ontdekking te wachten.
Op zoek naar een koningsgraf
Geplaatst op